Puck Pieterse komt ‘procentje’ tekort in kurkdroog Benidorm
De twintigers Van Empel, Pieterse en Van Anrooij hebben dit seizoen de gevestigde orde in alle wereldbekers een draai om de oren gegeven. Van Empel won er zeven, Pieterse en Van Anrooij elk drie. Met nog een cross uit het topcircuit voor de boeg, volgende week in het Franse Besançon, heeft Van Empel de eindzege definitief binnen. Ze heeft 45 punten voorsprong op Pieterse, een overwinning levert slechts 40 punten op.
Aan de Costa Blanca waren zondag de omstandigheden totaal anders dan een week geleden bij het NK. Moest in de uiterwaarden van Zaltbommel door centimeters modder geploegd worden – de Waaldijk blijkt behoorlijke schade te hebben opgelopen – ditmaal vergezelde een Spaans zonnetje de cyclocrossers, die vooral dienden af te rekenen met zand en stof. Verraderlijk was ook het grint in de bochten, terwijl er op talloze plekken losse keien lagen. Puck Pieterse was dan ook bij een verkenning van de fiets gestapt om stenen te ruimen.
De Amersfoortse maakte al vroeg een schuiver maar sloot snel weer aan en er ontpopte zich een titanengevecht met Fem van Empel. Lange tijd konden Van Anrooij en de Italiaanse Silva Persico aanhaken maar in de slotronde van de razendsnelle cross bezweek het duo toen het tempo nog verder omhoog ging.
Pieterse hoopte als eerste de balkenpassage te bereiken. Als een van de weinigen hoeft ze niet van de fiets en kan daarna meteen versnellen om een gaatje slaan. Maar Van Empel liet dat niet toe. De Brabantse gaf geen centimeter ruimte en arriveerde dankzij wat duw- en trekwerk als eerste op het asfalt van de finishstraat.
Pieterse had er vrede mee. ‘Het was heel leuk om in deze mensenzee te rijden. Het was zo luid dat we zelfs onze coaches niet konden horen aan de zijkant van het parcours. Fem van Empel has in de allerlaatste meters nog net dat procentje extra.’
Zinderend
De eerste wereldbeker in Benidorm trok zo’n 15.000 toeschouwers, die bij de mannen net als bij de vrouwen een zinderende finale zagen. De kemphanen Mathieu van der Poel en Wout van Aert eisten daarin zoals zo vaak de hoofdrol op. Van der Poel kwam als eerste door de laatste bocht en hield de spreekwoordelijke deur dicht. Van Aert was gedwongen in te houden om niet in de dranghekken te belanden.
Lars van der Haar moest passen in dat geweld. De Woudenberger die na zijn zwaarbevochten nationale titel enkele dagen moeite had met lopen zo diep was hij gegaan, eindigde als zevende. De derde podiumplaats was voor Eli Iserbyt.