Verschillig
Ooit liep ik een marathon. Met sport had het weinig te maken, het was niet meer dan een bizar experiment met het lichaam als speelbal. Nu is het geweten de klos. Zal ik wel, zal ik niet… Natuurlijk wil ik kijken, zoals altijd. Liefst alles. Maar de weerzin is groot bij alle schendingen van zelfs de meest basale arbeids- en mensenrechten. Je zou willen dat op dit WK álle wedstrijden begint met een minuut stilte, in plaats van twee volksliederen.
Een dag voor de opening. Het bier voor de gewone stadionbezoeker wordt plots geschrapt, al blijft de gekoelde Chardonnay beschikbaar in de skyboxen. Dat staat. De dagbonus voor Tietenman en co wordt ineens geschrapt. Fifa-baas Infantino houdt een absurde monoloog van een uur. Today is hij dit, today is hij dat. Ik maak z’n gezever af: ‘Today I’m a Nepalese migrant worker, today I’m probably dead.’
De weerzin groeit. Maandag, zes uur voor de aftrap met Oranje. Fifa maakt bekend dat het dragen van het aanvoerdersbandje wordt bestraft met een gele kaart. Chantage, nog meer weerzin.
Vier uur voor de aftrap. De KNVB (en andere bonden) maken bekend dat ze het OneLove-bandje niet zullen dragen. Gezwicht.
Ik denk aan John Carlos en Tommie Smith, nu 54 jaar geleden. Ze wonnen goud en brons op de 200 meter tijdens de Spelen van Mexico ’68. Op het podium, tijdens de volksliederen, staken ze hun gebalde vuisten in de lucht en bogen het hoofd. Het was hun protest tegen de minderwaardige behandeling van zwarte Amerikanen in eigen land. Smith zei: ’Hier sprintten we voor de eer van de natie, thuis moeten we kruipen.’ Ze werden uit het olympisch dorp gegooid en jarenlang verketterd. Ze wisten dat ze een hoge prijs zouden betalen voor hun statement. Ze zwichtten niet.
‘Wees verschillig’, verscheen er vaak na afloop van DWDD in beeld. Prachtige slogan, maar het bleek juist de afzender van de boodschap (BNNVara) die jarenlang doof en onverschillig bleef voor de noodkreten van slachtoffers, die vast zaten in hun tijdelijk contract. Al die jaren genoot ik van DWDD, ik keek bijna altijd. Er keken veel mensen, sterker, het was onderdeel van het businessmodel. Ook daarom wil ik niet kijken naar het WK, met z’n WK-kijkcijfers en WK-reclames. Ik wil geen deel uitmaken van die bibelebontse poenberg.
Maar ondertussen hoor ik de lokroep van het bonte Gaaltje. Wat moet ik nu, een uur voor de aftrap? Ik kijk naar mijn hardloopschoenen. Zal ik? Duurloopje, denkend aan een marathon?