Wielertoppers mikken op medaille op Super WK

Puck Pieterse, Jan-Willem van Schip, Annemiek van Vleuten, Dylan van Baarle, Vincent ter Schure. Ook al vertegenwoordigen zij verschillende disciplines binnen de wielersport, ze behoren tot het coureursgilde dat in de race is voor een medaille op het zogeheten Super WK. Voor een enkeling is zelfs goud niet denkbeeldig. Pieterse heerst dit jaar op de mountainbike en de Amersfoortse geldt als dé favoriet voor de wereldtitel op de olympische cross country.

Voor het eerst  in de geschiedenis van het wielrennen worden meerdere WK’s gebundeld in één groot evenement. Traditioneel wordt eind september gestreden om de regenboogtruien van het wegwielrennen, nu  vindt alles – ongemotoriseerd – op twee wielen plaats van 3 tot en met 13 augustus in en rond de Schotse stad Glasgow. Liefst 13 WK’s zijn er, met wegwielrennen, mountainbike en BMX. Daar tussendoor wordt er nog gestreden om de wereldtitels in de verschillende categorieën van het paracycling.

Donderdag begint het sportfestijn met baanwedstrijden. Het is zo’n beetje iedere dag feest voor de wielerliefhebber maar de belangrijkste koersen voor de Utrechtse toppers zijn op zondag 6 augustus, zaterdag 12 augustus en zondag 13 augustus. De mannen rijden op 6 augustus hun wegwedstrijd over ruim 270 kilometer. Met als Nederlandse kopmannen Mathieu van der Poel en oud-Veenendaler Dylan van Baarle, die twee jaar geleden in Leuven verrassend WK-zilver bemachtigde.

Het parcours lijkt geknipt voor de klassiekerspecialisten. De 3570 hoogtemeters zijn uitgesmeerd over tal van hellingen. Je hoeft niet zozeer een begenadigde klimmer te zijn als wel een slopende koers aan kunnen. Na 120 kilometer vanaf de start in Edinburgh rijdt het peloton een circuit van 14,3 km op, dat tien maal op het menu staat en heel veel bochten telt. Het is, net als in de Amstel Gold Race, constant op en af en draaien en keren.

De vrouwen rijden een week later de wegwedstrijd en ook voor hen zullen de 2200 hoogtemeters en ruim 150 km een ware afmattingstocht worden. Bij Nederland is Demi Vollering de onbetwiste kopvrouw, maar Marianne Vos en Annemiek van Vleuten staan klaar om die rol over te nemen. Mits ze fit genoeg is zou Van Vleuten die aan haar afscheidsjaar bezig is best wel eens heel vroeg aan een solo kunnen beginnen. Immers, zo werd ze ook wereldkampioen in 2019 in het Engelse Yorkshire en qua heldenmoed is er geen gelijke in het vrouwenpeloton.  

Mocht het, hoe onwaarschijnlijk ook, toch uitdraaien op een sprint dan heeft de oranje brigade de beschikking over Lorena Wiebes, als die tenminste nog in koers is. De Mijdrechtse, die ook de gemengde ploegentijdrit rijdt, heeft echter in klassiekers bewezen ook zwaardere koersen aan te kunnen. Mischa Bredewold uit Hoogland is voor de eerste maal in de WK-ploeg van de profs opgenomen en zal ongetwijfeld met liefde het nodige vuile werk opknappen voor haar kopvrouw Vollering, tevens ploeggenote bij SD Worx.

Een dag voor de wegwedstrijd van de vrouwen gloort er eremetaal voor Nederland in de cross country. Puck Pieterse maakt dit seizoen haar debuut bij de elitevrouwen en rijgt de zeges in wereldbekers aaneen. Het moet wel heel raar lopen wil het Amersfoortse multittalent – afgelopen winter werd ze ook nog vice-wereldkampioen veldrijden bij de profs – niet het podium halen.

Schalkwijker Jan-Willem van Schip rijdt dinsdag 8 augustus de koppelkoers met aan zijn zijde Yoeri Havik. Een ervaren duo dat zich op grote kampioenschappen al vaak heeft getoond en ook nu tot de medaillekandidaten behoort.

 

Enkele data uit het omvangrijke programma:

6 augustus: wegwedstrijd mannen

8 augustus: mixed relay (weg); Madison mannen (baan)

10 en 11 augustus: tijdrijden vrouwen en mannen

12 augustus: cross country vrouwen en mannen

13 augustus: wegrace vrouwen

Vorige
Vorige

Marijn van den Berg raakt in Polen in topvorm voor Vuelta

Volgende
Volgende

Selectie VV Utrecht rond