Ambities DWSM zijn bescheiden
Er is zelfs nauwelijks contact tussen de twee en met OSM'75 blijkt nog nooit contact te zijn geweest. ‘De verhoudingen worden wel beter’, zegt Ton Spelde (59), wedstrijdleider en ‘de brandstof’ van de vereniging. ‘Er zit bij oudere leden nogal wat oud zeer en dat is eigenlijk nooit goed uitgepraat. Begrijp me niet verkeerd, we leven niet op gespannen voet met de andere verenigingen, want als we elkaar kunnen helpen met iets, dan gebeurt het gewoon. Dat is van beide kanten zo. Maar nu we op het sportpark samen in één pand komen zal het contact automatisch wat intensiever worden.’En wellicht beter, want het zeer is echt oud. ‘Het gaat over problemen tussen vorige besturen, waar wij part noch deel aan hebben gehad.’ HerindelingDoor de gemeenten Utrecht en Stichtse Vecht is besloten tot een herindeling van de accommodatie. Men wil van het sportpark Daalseweide een gezamenlijk park maken met de naam ‘Zuilense Vecht’. Het in de Utrechtse voetbalwereld bekende Zuilenselaantje vormt de fysieke grens tussen beide gemeenten. Het slootje naast de laan zal in het nieuwe plan worden overbrugd en verder zal de herindeling gepaard gaan met het aanleggen van een aantal kunstgrasvelden, dit om de verenigingen de gelegenheid te bieden om ook met slecht weer vaker te kunnen trainen en spelen. Zowel aan de kant van Utrecht als die van Maarssen zullen straks twee velden worden gebruikt voor woningen. Aan de Utrechtse zijde komen zo'n 200 woningen, in Maarssen circa 100. Het gaat onder meer om sociale huur en sociale koop.DWSM heeft thans nog de beschikking over een hoofdveld en een tweede veld, dat ook als trainingsveld dient. Dit tweede veld moet plaats maken voor een pad richting het Utrechtse gedeelte en een stuk open water. Hoe het wegvallen van dit veld wordt opgevangen is op dit moment nog niet duidelijk. Het nieuwe sportparkgebied Zuilense Vecht zal waarschijnlijk pas rond 2023 helemaal gereed zijn. KleinschaligDWSM is een kleinschalige vereniging met zo'n 180 leden en heeft geen standaard elftallen. Spelde: ‘Dat komt simpelweg omdat we niet voldoende seniorenleden hebben. Wij bieden onze seniorenleden zaterdag- en zondagvoetbal aan, maar de regels voor deelname aan de competitie voor een eerste elftal zijn heel anders en daar kunnen we niet aan voldoen. Daarom spelen we zowel op de zaterdag als op de zondag met DWSM 2 in de reserveklasse van de KNVB. Om een voorbeeld te geven: in het zondagelftal speelt nog een 70plusser. Weliswaar niet de hele wedstrijd, maar speelminuten krijgt hij altijd.’‘Bovendien’ vervolgt hij, ‘geeft het spelen zonder standaardteams ook voordelen. We hebben niet de verplichting een gediplomeerde, betaalde trainer aan te nemen. We krijgen minder administratieve heffingen, de teams mogen doorwisselen dus we hoeven ons niet te houden aan de regel van maximaal drie wissels per wedstrijd en ga zo maar door. Dat bespaart ons veel geld en dat houdt onze contributie laag. Onze jeugdleden betalen tussen 120 en 140 euro op jaarbasis. Daar spelen ze hun competitie- en bekerwedstrijden voor en trainen meestal tweemaal per week. Een laag bedrag in vergelijking met veel andere verenigingen.’ TaboeDWSM heeft wel de ambitie om groter te worden. Spelde: ‘We willen wel wat meer leden, maar onze vereniging moet wel kleinschalig blijven. Afgelopen 2 ½ jaar hebben we in een rustig tempo weer een aantal jeugdteams kunnen samenstellen, waardoor we nu weer vier pupillenteams hebben van onder 8, 10, 11 en 12 jaar met een leuke groep ouders erbij. We willen dus zeker graag jongens en/of meisjes erbij hebben in deze leeftijdsgroepen om deze teams in stand te houden en eventueel uit te breiden. Als er nieuwe leden komen, dan kennen we geen ballotage, maar we kijken wel welk vlees er in de kuip bij komt en schromen bij bedorven vlees ook niet om de aanmelding te weigeren. Ziektes zijn bij DWSM een taboe. Als ik hoor wat de mensen elkaar in de samenleving soms toewensen, daar zijn we bij DWSM niet van gediend. Dat vinden we erg belangrijk. Als er zich een clubje aanmeldt dat van een andere vereniging komt, dan zijn we erg voorzichtig en zoeken we uit waarom zij zo graag naar DWSM willen.’De in 1937 opgerichte vereniging probeert buiten het voetbal zo veel mogelijk evenementen voor haar leden te organiseren om zodoende de binding in stand te houden. ‘Daar staan wij wel een beetje om bekend’ zegt Spelde. ‘Voor de oudere jeugd organiseren we regelmatig een barbecue en voor de jeugd een sport- en speldag, waar best veel voorbereiding in gaat zitten. En daar zouden we wat meer affiniteit van de ouders willen zien. We organiseren dat met erg veel plezier, maar als we dan op de dag van het evenement zien dat ouders toch liever iets anders gaan ondernemen en er minder kinderen komen dan vooraf opgegeven zijn, dan is dat teleurstellend. Dit is voor de vrijwilligers die zich hiervoor hebben ingezet ook een domper en die zijn toch al moeilijk te vinden tegenwoordig. Een teken des tijds. Jammer.’Het sociale element bij DWSM blijkt ook uit het bestaan van een veteranenteam, dat op de dinsdagavond aan de 45+ competitie deelneemt. Voor deze ‘krasse knarren’ is voornamelijk de derde helft belangrijk. ‘O ja, dan gaan we meestal in de late uurtjes pas sluiten. Verder is er een clubje van zo'n zes man, die we de ‘onderhoudsploeg’ noemen. Dat zijn oudere leden die zorgen dat bij DWSM alles op rolletjes loopt. Dat zijn mensen die door de vereniging worden gekoesterd. Op vrijdagmorgen is de eerste vaak al om zeven uur aanwezig om de kleedkamers weer schoon te maken van de donderdagtraining. De kantine wordt grondig schoongemaakt, binnen en buiten worden kleine klusjes aangepakt en op de velden worden de lijnen getrokken, dit om alles voor de wedstrijddag in orde te maken. Zij zijn een onmisbaar puzzelstukje binnen DWSM.’