IJCU Dragons vindt weg naar boven

‘Het was sportief een redelijk jaar, maar financieel allerminst’, blikt hij terug. ‘Ik heb daarna met Wouter nog een paar jaar in de eerste divisie doorgespeeld. Was wel grappig. Op enig moment was ik goalie, Wouter verdediger en later kwam daar onze jongste broer Koen, een aanvaller, bij. We vormden zo een aardig ‘lijntje’ in het team. Vervolgens ben ik nog, ook in Utrecht, gaan hockeyen bij de Buccaneers en de OG’s. Bij die twee laatste clubs probeerde ik vooral de lol in het ijshockey terug te krijgen.’ CoachenLeenen besloot ‘een jaar of vijf geleden’ te beginnen met coachen. Een stap die voor hemzelf niet helemaal uit de lucht kwam vallen. ‘Ik gaf al jaren spinning-les op sportscholen en daaruit haalde ik veel plezier en voldoening. Door die ervaring wist ik eigenlijk wel dat ik dat vaker wilde doen en besloot bij de Nederlandse IJshockey Bond (NIJB) coaching-cursussen te gaan volgen.’Met als resultaat dat Leenen, afgestudeerd informaticus en werkzaam bij een softwarebedrijf in Soesterberg, twee jaar geleden IJCU U19 onder zijn hoede nam. Dat team bestaat niet meer, maar toen eind vorig seizoen het idee ontstond om met IJCU Dragons terug te keren in de eerste divisie, prestatief gezien het tweede niveau van Nederland, werd Leenen benaderd om coach te worden. ‘Ik heb toen direct als voorwaarde gesteld dat ik de coaching alleen samen met iemand wilde doen. Voor die ‘tweede plek’ hadden ze eerst een oud-speler benaderd, maar die woonde in Amsterdam en viel daardoor af. Vervolgens heb ik mijn broer Martijn gevraagd en tot mijn verbazing zei hij ja. Kwam goed uit, want hij woont in Utrecht.’ Derde divisieHoe anders was de situatie een jaar geleden. Toen verdedigden de OG’s en Dolphins (onder aanvoering van de ervaren rot Ruud Molenaar) de Utrechtse ijshockey-eer in de derde divisie, het niveau waarop de OG’s nog altijd uitkomen. Ver van het gewenste platform waarop de Dragons zouden moeten acteren om enige uitstraling te hebben. Nog vele mijlen verder verwijderd van de nostalgische succesreeks in het begin van de jaren negentig, die uitmondde in de landstitels van 1991 en 1992. Dat onder leiding van de bevlogen, charismatische, maar ook niet onomstreden, voorzitter Ron Galiart.Dat perspectief lonkt voorlopig zeker niet aan de horizon. Maar het begin is er met de terugkeer in eerste divisie en de aanstelling van de broers Leenen als trainers/coaches. Hoewel beiden wel vanaf nul moesten beginnen. Er waren zelfs try-outs voor nodig, zo vlak voor de zomer, om de selectie compleet te krijgen. ‘We wisten dat we het moeilijk zouden krijgen’, kijkt Wouter Leenen terug op de eerste inventarisatie na de trials. ‘We zagen dat we ervaring en skills misten. We schatten in dat het seizoen met horten en stoten zou verlopen.’ SpelregelsVooral het frequente bezoek aan de strafbank speelde de Dragons in het begin van deze ijshockeyjaargang nogal eens parten. Maar het duo Leenen vond daarin een pragmatische oplossing. ‘Als je twee belangrijke onderdelen mist in je selectie zul je keihard moeten knokken voor een goed resultaat. Dat werd soms verkeerd uitgelegd. Er is de laatste jaren wat veranderd in de spelregels en er werd ook volgens andere normen gefloten, zo merkten we. Dat werd ons verteld toen we een scheidsrechter daarover aanspraken. Vervolgens hebben we een arbiter uitgenodigd die ons precies kon uitleggen wat de regels en principes nú zijn. En dat had een positieve weerslag op ons spel en de discipline op het ijs. Een ander voordeel was dat we ook meer respect kregen van de scheidsrechters.’Het is duidelijk dat de broers Leenen hun schouders willen zetten onder de – structurele? - terugkeer van IJCU Dragons op tenminste eerste divisie-niveau. Wellicht met een hele schuine blik naar de BENE-League, het hoogste niveau van ons land. Maar zover is het nog lang niet, weet ook Wouter Leenen. ‘Zaak is om eerst een goede selectie op te bouwen, het liefst met spelers die uit de stad of nabije regio komen. Die weten wat er gevraagd wordt om in en voor Utrecht te spelen.’De respons op de plannen voor een terugkeer was positief, zegt Leenen. ‘We kregen veel aandacht in de media. Een aantal Utrechtse jongens keerde terug naar De Vechtsebanen, onze thuisbasis. Maar nog zijn er een stuk of zes Utrechtse jongens die elders spelen. Sommigen in de BENE-League. Goede spelers die echter weinig speeltijd krijgen bij hun clubs. Komen ze terug naar de Dragons worden het misschien wel dragende krachten, staan ze veel vaker op het ijs. We zouden ze graag naar de Dragons halen.’

Vorige
Vorige

Oudste vorm van schaatsen nog steeds beoefend

Volgende
Volgende

Scherpenzeel winnaar dorpentoernooi