IJshockeyen voor 800 euro per seizoen

Daardoor lukt het verenigingen die gebruik maken van met name de ijshal steeds moeilijker om de begroting sluitend te krijgen. Zo ziet ijshockeyvereniging IJCU Dragons zich genoodzaakt de jeugdleden een contributie van 800 euro per seizoen – dat uit zo’n zes maanden bestaat  – te rekenen, de absolute uitschieter. In gesprekken met de gemeente probeert IJCU Dragons, dat zich zeer gesteund voelt door SportUtrecht, steeds duidelijk te maken dat hun situatie niet te vergelijken is met die van de veldsporters. Van Doorn: ‘Hopelijk krijgen we dat goed voor het voetlicht. Let wel: we hebben geen betaalde trainers in dienst, alles wordt gedaan door vrijwilligers.’De sluimerende onvrede van de ijsverenigingen kwam helder aan het licht eerder dit jaar bij een netwerkbijeenkomst. Deze was georganiseerd door SportUtrecht, de belangbehartiger van de sportclubs in Utrecht. Naast SportUtrecht en de verenigingen schoven vijf lokale politici aan: Lau Bosse (commissielid sport PvdA), Julia Kleinrensink (raadslid GroenLinks), Tess Meerding (raadslid VVD), Bert van Steeg (fractievoorzitter en raadslid CDA) en Jan Wijmenga (raadslid ChristenUnie). Ze schrokken. Wijmenga: ‘Dit had ik niet verwacht.’ Bosse: ‘We vinden dat elke sport toegankelijk moet zijn voor iedereen. Maar met deze bedragen wordt dat wel heel moeilijk. We dringen dan ook aan op een structurele oplossing.’ Beiden vinden sport belangrijk, vinden dat Utrechtse clubs zoveel als mogelijk overeind willen houden en dat een zo breed mogelijk scala aan sporten wordt aangeboden. Bovendien er is maar één ijsbaan in Utrecht, de clubs hebben gewoonweg geen alternatief.[table id=58 /]De rapportage van Van Hulsteijn wordt in het tweede kwartaal van dit jaar verwacht. De zwaargewicht was eerder al voor de gemeente met veel succes werkzaam als Projectdirecteur Grand Départ Tour de France 2015. Klap‘Het is niet vol te houden’, zegt een wanhopige IJCU-voorzitter Marco van Doorn dan ook. ‘De grootste klap kregen we in 2019 toen de BTW met 3% werd verhoogd. Daar kwam ook nog eens de jaarlijkse indexatie overheen. Ineens gingen we ruim 5,5% meer ijshuur betalen. Daardoor lopen we nu nog steeds achter de feiten aan. Vergeet ook niet dat wij geen inkomsten hebben uit een kantine, zoals dat bij voetbalclubs voor de lockdown wel het geval was.’Uitgerekend in seizoen 2020/2021 hadden de Utrechtse ijshockeyers willen oogsten. Van Doorn: ‘Van De Vechtsebanen mochten we de boarding benutten voor reclame-uitingen en met het eerste team zouden we in de eerste divisie gaan spelen, ook aantrekkelijk voor sponsors. Dat zou extra inkomsten genereren. Maar dat is allemaal door de pandemie in het water gevallen. Eigenlijk het enige dat we vragen van de gemeente is om ons ‘een zetje’ geven, zodat we met een schone lei kunnen beginnen. Dan redden we het verder wel.’ CurlingBij IJCU Dragons gaat 87,4% van de contributiegelden van de 140 leden op aan de ijshuur die een kleine 90.000 euro bedraagt. Veel minder is Curling Club Utrecht (CCU) kwijt. Maar die huren dan ook maar twee uur ijs op de zaterdagochtend. ‘Zo’n 35% van onze begroting wordt gedekt door contributies’, aldus CCU-voorzitter Linda Kreijns-Hilhorst.’ De 27 seniorleden betalen jaarlijks 215 euro contributie, voor de drie jeugdleden is dat 140 euro. Daarnaast hebben we nog een aantal donateurs en zogenaamde buitenleden.’Verreweg de grootste inkomstenbron zijn de clinics die UCC organiseert. ‘Heel leuk om te doen,  maar we moeten natuurlijk niet een soort evenementenbureau worden. En’, merkt Kreijns-Hilhorst op, ‘wij betalen nog iets meer ijshuur, omdat onze curlingbanen speciaal geprepareerd moeten worden. Ons uurtarief komt daarmee uit op zo’n 260 euro, waar andere clubs rond de 220 euro zitten, daarmee zitten we boven het gemiddelde. Zouden we geen evenementen hebben, dan zou de contributie naar ongeveer 600 euro moeten. En dan haken onze leden af.’Door de coronamaatregelen is sporten niet meer mogelijk in de ijshal van De Vechtsebanen. Daardoor mist CCU de opbrengsten van de clinics. En dat slaat vooralsnog gaten in de begroting. Kreijns-Hilhorst. ‘Dat tikt aan, ja. We hebben de volledige ijshuur voor het seizoen, dat half maart eindigt, betaald. Inderdaad, er zijn overheidsregelingen/subsidies, maar wie vraagt die aan? De huurder of de verhuurder? Dat is niet duidelijk. Maar ik heb er wel vertrouwen in dat we daar op een goede manier met De Vechtsebanen uitkomen.’ KVM On IceOndanks de malaise laten de leden de clubs niet in de steek. Bij CCU zegde niemand zijn lidmaatschap op of vroeg om (gedeeltelijke) teruggave van de contributie. Eigenlijk hetzelfde beeld bij IJCU Dragons, aldus voorzitter Van Doorn. ‘We zijn heel actief geweest in het berichten van onze leden, hebben zelfs een telefonisch vragenuurtje georganiseerd.’Naast IJCU Dragons en CCU maken ook shorttrackers (aangesloten bij diverse schaatsclubs), schoonrijders en KVM On Ice gebruik van de ijshal van De Vechtsebanen. De kunstschaatsvereniging betaalt 217,13 euro ijshuur per uur. Dat is ‘aan de pittige kant’, aldus penningmeester Femi van Halen. Waar overigens de ijshockeyclub en de curlers rechtsreeks betalen aan de verhuurder, is KVM On Ice lid van de Baan Vereniging Utrecht, een overkoepelende organisatie die jaarlijks de behoefte aan ijstijd inventariseert. De betaling wordt gedaan door de Schaatsbond (KNSB). ‘Dat betekent dat de gereserveerde ijstijd al is afgerekend. We moeten maar kijken hoeveel we daarvan terugzien. KVM On Ice heeft 180 leden. Als bestuur krijgen we toch steeds meer signalen dat een aantal van hen compensatie wil hebben omdat ze niet hebben kunnen kunstschaatsen. Maar concrete verzoeken daartoe hebben we nog niet binnen.’Van de contributies gaat 69% op aan ijshuur. De afgelopen tien jaar heeft KVM On Ice slechts één keer de hoogte van de contributie aangepast aan de jaarlijkse indexering van de ijshuur van De Vechtsebanen (zie grafiek). ‘Anders wordt het voor onze leden niet meer te betalen en krijgen we opzeggingen. We hebben het tot nu toe steeds kunnen opvangen, maar door de coronaproblematiek hebben we ook onze jaarlijkse eindshow niet kunnen organiseren. Die inkomsten missen we nu, dus het wordt wel knijpen. Wel merken we dat er leden gevraagd hebben om hun lidmaatschap ‘op pauze’ te zetten. Vanwege de kans op besmetting hebben zij aan het begin van het seizoen te kennen gegeven niet te willen kunstrijden. We kunnen ze daarmee op de ledenlijst houden. Niet onbelangrijk, omdat we een wachtlijst hebben van zeventig personen.’ SubsidieVan een andere orde is het sentiment rond De Vechtsebanen. De accommodatie in Overvecht-Noord opende de deuren in oktober 1970 na een initiatief van voormalig sportverslaggever en de inmiddels overleden Frans Henrichs. Terecht of onterecht. Een collecte onder de Utrechtse bevolking immers, eind jaren zestig, leverde een dermate hoog bedrag op (aangevuld met giften van het bedrijfsleven) dat de gemeente Utrecht overstag ging en besloot tot de bouw van dit complex dat een sterk regionaal karakter heeft. Velen zien De Vechtsebanen ‘als een baan van het volk’. Maar in 2010 kocht de gemeente de jaarlijkse subsidie desondanks af en werd de Amsterdamse vastgoedinvesteerder Nedstede de nieuwe eigenaar van sports & businesscampus De Vechtsebanen.Medio oktober 2020 ontving De Vechtsebanen van de gemeente Utrecht een eenmalige subsidie van 300.000 euro voor het exploitatietekort vanwege de coronacrisis. ‘De politiek heeft gevraagd om nadere uitleg’, zegt ChristenUnie-raadslid Jan Wijmenga, ‘waar is dat geld aan besteed? En daar hebben we nog altijd geen antwoord op gekregen. Inmiddels hebben we ook indicaties dat de Vechtsebanen de huidige subsidie niet voldoende vindt. Ik ben ook wel benieuwd hoe dat nu zit.’Dat de Vechtsebanen moeite heeft met de exploitatie is al langer duidelijk. De torenhoge energiekosten die De Vechtsebanen kwijt is aan het maken van ijs geven daar alle aanleiding toe. Wijmenga: ‘Maar daar was al in voorzien in de erfpachtovereenkomst die in 2017 is gesloten. Wat is er dan met dát geld is gebeurd, vraag ik me af. Ik begrijp dat het maken van ijs duur is. Of er één schaatser komt of honderden, je bent dezelfde kosten kwijt’. Dezelfde vraag borrelt ongetwijfeld op als De Vechtsebanen een beroep gaat doen op de Specifieke Uitkering IJsbanen en Zwembaden, een tweede landelijk steunpakket voor de sector van in 80 miljoen euro betreffende begin 2021 die door de gemeente moet worden aangevraagd. Waar gaat dat geld, mits toegekend, naar toe?Commissielid Lau Bosse (PvdA) heeft het in dat kader over ‘het zwarte financiële gat dat De Vechtsebanen is’. Bosse: ‘We zetten in op een structurele oplossing voor de clubs en hopen die met ingang van het nieuwe schaatsseizoen (1 september 2021) te hebben gevonden.’Dat zal nog niet meevallen, als we Wijmenga mogen geloven. Hij spreekt zelfs van een Gordiaanse (dus onontwarbare) knoop. ‘Die moet toch worden doorgehakt. Geven we geen subsidie dan heeft De Vechtsebanen een argument om de prijzen voor de ijshuur te verhogen waardoor de clubs nog meer in de problemen komt. Steunen we de ijsverenigingen, dan denkt De Vechtsebanen wellicht dat de ijshuur wel omhoog kan, waardoor er alsnog geen oplossing komt voor de clubs. Maar goed, het is zaak om eerst de rapportage van Martijn van Hulsteijn af te wachten.’ 

Geprivatiseerde De Vechstebanen klopt opnieuw aan bij gemeente UtrechtIn een reactie op vragen van de Utrechtse Sportkrant laat sportwethouder Van Ooijen (ChristenUnie) het volgende weten: ‘De Vechtsebanen heeft vorig jaar aangegeven dat na de herziening van de erfpacht (in 2017, red.) en subsidie er een substantieel exploitatietekort blijft bestaan. De Vechtsebanen is van mening dat de gemeente een bijdrage moet leveren om dat tekort op te lossen. Gemeente Utrecht heeft aangegeven te willen onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om dit tekort op te lossen. In het onderzoek (van projectleider Martijn van Hulsteijn, red.), die begin 2021 is aangesteld, zijn een aantal zoekrichtingen aangegeven: ruimtelijke ontwikkelingen, maatregelen op het gebied van energie en duurzaamheid, bijdragen van andere organisaties/overheden of mogelijk meer subsidie vanuit de gemeente. De projectleider zal dit onderzoek leiden en komt met een rapport met oplossingsrichtingen voor het beperken van het exploitatietekort.’‘De Vechtsebanen zijn een belangrijke voorziening voor de Utrechtse en regionale ijssport, en biedt ijsliefhebbers de mogelijkheid om binnen de regio op het ijs te staan. We willen als gemeente deze mogelijkheid graag bieden aan de regio, en we onderzoeken in welke mate de gemeente Utrecht hierin moet en kan bijdragen. Dit is uiteindelijk een beslissing van het college en de Raad.’‘In het licht van de diverse corona steunmaatregelen bestaat er de TVS (Tegemoetkoming Verhuurders Sportaccommodaties). Dit is een compensatieregeling voor de huurlasten van amateursportorganisaties, die De Vechtsebanen kan aanvragen bij het Rijk en waar de clubs die ijs huren bij De Vechtsebanen gebruik van zouden kunnen maken. Ook is er een Specifieke Uitkering voor ijsbanen en zwembaden (de zogeheten SPUK-IJZ) in voorbereiding door het Rijk, een regeling die gemeenten zouden kunnen aanvragen. De regeling is nu nog niet beschikbaar, zodra deze open wordt gezet kijken we hier naar.’‘In het traject met de projectleider wordt gekeken naar mogelijkheden voor De Vechtsebanen buiten coronasteunmaatregelen, dit onderzoek loopt momenteel en het is voor nu nog te vroeg om te zeggen welke oplossingsrichtingen denkbaar zijn. Het rapport met oplossingsrichtingen zal dit voorjaar opgesteld worden; besluitvorming daarover zal waar mogelijk betrokken worden bij de Voorjaarsnota 2021 die op 20 mei wordt gepresenteerd.’Voor clubs in acute nood wijst sportwethouder Maarten van Ooijen op de Noodsteun voor Utrechtse sportclubs.

De Vechtsebanen heeft besloten niet te reageren op dit artikel.

Vorige
Vorige

‘Dalto is een fantastische club’

Volgende
Volgende

‘Bevoorrecht dat we mogen spelen’