Lars en Puck dolgedraaid in carrousel van Rucphen
Twee wereldbekers in één weekend, de veldrijders kunnen hun hart ophalen. Twee wereldbekers met ook een totaal verschillend parcours. De cross in Namen is berucht vanwege de kasseien en beklimming van de Citadel en zondag vooral het domein van krachtpatsers. De cross in Rucphen is befaamd vanwege Camiels carrousel, een sierlijk labyrint waar je vanzelf weer uitkomt als je maar doorrijdt en onderweg niet tureluurs wordt van het gedraai.
Het parcours was zaterdag supersnel, van een modderpoel was geen sprake.Door Marianne Vos en Lucinda Brand werd bij de elitevrouwen vanaf de start een moordend tempo ontwikkeld. Alleen de youngsters Fem van Empel, winnares van de sneeuwcross in Val di Sole, en Puck Pieterse bleven redelijk in hun wiel, terwijl Annemarie Worst en Denise Betsema de achtervolging leidden. Ze sloten aan na de derde ronde en Betsema nestelde zich meteen aan kop. Echt meedoen voor het podium kon Pieterse niet. De Amersfoortse reed steeds op een paar meter en kreeg de tijd niet om op adem te komen. Vos, Brand en Betsema maakten zich in de finale los. Brand pakte de kop maar werd in de sprint verslagen door Vos. Pieterse werd achter Van Empel vijfde, maar behield de derde plaats in het klassement van de wereldbeker voor haar leeftijdsgenoot uit Brabant.
Geen MvdP
Mathieu van der Poel had Rucphen uitgekozen voor zijn rentree in het veld, maar hij besloot niet te starten omdat hij nog steeds last heeft van een knieblessure. Ook Wout van Aert liet verstek gaan, hij is op stage met Jumbo-Visma. Voor de rest was iedereen present. Lars van der Haar nam in de eerste ronde de kop, maar de Woudenberger kon geen gaatje slaan. Een paar renners scheidden zich licht af, de verschillen bleven echter gering. Halverwege was een grote groep weer samengekomen. Aan kop was het voortdurend stuivertje wisselen. Op het eind leek de sluwe Eli Iserbyt, leider van de wereldbeker, er met de overwinning vandoor te gaan maar in extremis werd hij geklopt door Tom Pidcock. Michael Vanthourenhout werd derde en Lars van der Haar vijfde.