Schaatser Evert Hoolwerf keert terug naar Vechtsebanen in Utrecht

Evert Hoolwerf heeft slechts twee wedstrijden nodig gehad om zijn visitekaartje af te geven. Hij was de snelste in de openingswedstrijd op de Jaap Edenbaan en sprintte naar de winst op het ijs van de Elfstedenhal in Leeuwarden. "In de marathons gaat het als een trein", erkent Hoolwerf, die uitkomt voor de Royal A-Ware-ploeg van coach Jillert Anema. "Ik zit in de goede kopgroepjes, zit in een goede flow. Een betere start kun je niet maken." Lijn doortrekkenDie start strookt wel met de opvattingen van het topteam van Anema. "Voor het seizoen had ik al heel veel zin in de eerste marathon, en dat gold voor de andere jongens ook. We wilden graag laten zien dat wij nog steeds de beste zijn. En als je de eerste twee marathons zo wint, is de toon wel gezet. Nu die lijn doortrekken."Dat doet Hoolwerf het liefst ook in Utrecht, voor hem een ijsbaan met herinneringen. "Daar is voor mij het marathonschaatsen begonnen. Ik werd opgenomen in de marathonselectie en van daaruit is het allemaal gekomen. De C-wedstrijdjes, het zesbanentoernooi. Zo verdiende ik een plek in het landelijke B-peloton en van daaruit kwam in de spotlights van de grotere ploegen. Ik zie het ook nog steeds als mijn thuisbaan. Dat maakt het zeker bijzonder daar nu weer met het peloton te rijden."Een podiumplek in Utrecht zat er op het hoogste niveau tot nu toe echter niet in. Hoolwerf won wel een keer bij de Beloften. Aan die impasse maakt hij nu graag een einde. "Hoe zwaar de wedstrijd wordt, hangt natuurlijk op een halfopen baan als de Vechtsebanen ook een beetje af van het weer. Maar wat mij betreft kan het niet zwaar genoeg zijn." VoortekenenDe voortekenen zijn in ieder geval goed. Niemand lijkt op dit moment sneller dan Hoolwerf, die overigens in het peloton ook zijn jongere broer Bart aantreft. "Twee wedstrijden op rij winnen, da’s voor mij ook niet alledaags. Heel speciaal eigenlijk. En dat oranje leiderspak vind ik ook mooi, alleen betekent het wel dat de rest nu extra op mij let."Die ‘rest’, dat zijn ook niet de eerste de besten. Het marathonpeloton telt tegenwoordig veel toppers. Denk aan mannen als Jorrit Bergsma, Gary Hekman, Crispijn Ariëns, Mats Stoltenborg, Simon Schouten, Ingmar Berga en Bob de Vries. Mannen met grote internationale titels die hun roots niet willen verloochenen en starten in de marathon wanneer ze maar kunnen.Wat resulteert, zijn fantastische wedstrijden, boordevol spektakel en 125 ronden lang actie. Dat betekent vijftig kilometer vol sprints, demarrages, ploegenspel en valpartijen. Strijd tot de sterkste overblijft. VrouwenBij de vrouwen is het niet anders. Ook daar worden de rijdsters steeds beter. Niet voor niets herbergt het peloton tegenwoordig ook wereldtoppers. Irene Schouten natuurlijk, met een wereldtitel mass-start op zak. En haar ploeggenote Carien Kleibeuker, winnares van olympisch brons. Francesca Lollobrigida, meervoudig wereldkampioene inlineskaten, is er vaak bij, net als Lisa van der Geest – de winnares van de openingswedstrijd in Amsterdam – en haar ploeggenote Iris van der Stelt. En dan nog de net zo sterke als slimme Elma de Vries, die vorig seizoen de beste was van allemaal en beslag legde op de eindzege in de KPN Marathon Cup. Meer informatie over het programma van de KPN Marathon Cup Skate 4 Air.