Kunnen Utrechtse bridgeteams zich handhaven tussen internationale profs?

Een paar Polen, een Zwitser, Italiaan, Amerikaan en een Duitse spelen komend seizoen om het Nederlands kampioenschap bridge. Plus natuurlijk Nederlanders. Maar de aanwezigheid van buitenlandse topspelers is opvallend. Een jaar geleden werden de Zwitserse wereldkampioenen tot de Nederlandse competitie toegelaten en dat is zo gebleven. Voor de Utrechtse teams BC Oog in Al en BC Star wordt het een helse klus om zich te handhaven op topniveau.

Star, landskampioen in 2008, maakte vorig jaar zijn rentree in de meesterklasse en wist in het slotweekend knap het vege lijf te redden. BCO draait al weer een aantal jaartjes mee in de hoogste vaderlandse divisie, heeft het zwaar maar slaagt er telkens in de degradatiedans positief af te sluiten. Beide teams bestaan uit clubspelers, terwijl het merendeel van de meesterklasse-teams louter profbridgers in de gelederen hebben.

Zoals Simon de Wijs uit Doorn, wereld- en Europees kampioen. Hij vormt met zijn vaste partner Bauke Muller een van de succesvolste combinaties in het Nederlandse bridge en heeft al ettelijke nationale titels behaald. Hij speelt dit seizoen in ’t Onstein-1, waar ook Tim Verbeek uit Driebergen deel van uitmaakt. De tegenwoordig in Amersfoort woonachtige kersverse international is gekoppeld aan Danny Molenaar. Met Joris van Lankveld en Berend van den Bos is dit team, vorig jaar landskampioen, wederom een van de favorieten voor de titel.

Dat geldt uiteraard ook voor Zwitserland dat dit jaar de wereldtitel voor landenteams prolongeerde. Onder de vlag van de Lombard-1 hopen zij ditmaal wel de Nederlandse competitie winnend af te sluiten. De meesterklasse bestaat uit vier teams van de Lombard uit Rotterdam, drie van ’t Onstein uit Vorden, drie van Hok uit Amsterdam en BCO en BC Star uit Utrecht.

BCO treedt met drie paren in de arena, zijnde het denksportcentrum Den Hommel in Utrecht. Wubbo de Boer-Agnes Snellers, Dennis Kruis-Huub van der Wouden en Rob van den Bergh-Emily (voorheen Ricardo) Westerbeek hebben maar een doel voor ogen en dat is handhaving. Dat geldt ook voor BC Star met Henk Willemsens, Martin Bootsma, Aris Verburgh, Kees Jan Willemsens en de jonkies Youp Caris en Pim Dupont.

Meer Utrechtse topspelers spelen overigens in de meesterklasse. Zoals Guy Mendes de Leon in ’t Onstein-2, Kees Bakker en Arnout Helmich in het gepromoveerde Hok-3, terwijl Merijn Groeneboom (Hok-1) en Jamilla Spangenberg-Westerbeek (de Lombard-4) eveneens Utrechtse roots hebben.

Terug in de Nederlandse competitie is Brabander van origine Huub Bertens. Zijn schorsing vanwege online valsspel is gedeeltelijk opgeheven en hij is ingelijfd door Hok-3.

De twaalf teams spelen 22 wedstrijden, verdeeld over vier weekends. De onderste drie degraderen, de bovenste vier gaan door naar de halve finales. De weekends zijn 7 en 8 oktober, 18 en 19 november, 9 en 10 december en 13 en 14 januari. Op 3 en 4 februari zijn de halve finales en in het weekeinde van 24 en 25 februari wordt het landskampioenschap betwist. Dan zijn supporters welkom in Den Hommel, waar de spellen met live-commentaar op een groot scherm geprojecteerd worden.

Vorige
Vorige

Nienke Vinke in toptien van Italiaanse klimkoers

Volgende
Volgende

Jong FC Utrecht speelt gelijk tegen NAC