Lorena Wiebes koestert enkele millimeters in Gent-Wevelgem
De Kemmelerberg is vaak scherprechter in Gent-Wevelgem, maar meer dan tijdelijke schifting leverde het klimmetje dit keer niet op. Even trok wereldkampioene Lotte Kopecky op de steentjes vol door en kreeg ploeggenoot Lorena Wiebes en Shirin van Anrooij (Lidl-Trek) mee. Puck Pieterse (Fenix-Deceuninck) die opnieuw een sterke indruk maakte, kwam in een tweede groepje boven, met daarin onder meer de ervaren Elisa Longo Borghini, een ploeggenoot van Van Anrooij, en Marlen Reusser, een ploeggenoot van Wiebes en Kopecky. De twee groepjes smolten samen en het viel stil, waardoor meer rensters konden terugkomen.
Aan kop van het pelotonnetje nestelde zich, alsof ze nooit was weggeweest, Ellen van Dijk om het tempo hoog te houden. De Woerdense reed in dienst van sprintster Elisa Balsamo die de degens graag wilde kruisen met Wiebes. Even leek de geplande sprint in de war geschopt te worden door een uitval op 2 kilometer van de finish van tijdritspecialiste Grace Brown. De Australische haalde het net niet en Kopecky trok de sprint aan voor Wiebes. Die denderde door maar twijfelde toch of ze wel gewonnen had, zo klein was het verschil met Balsamo. De rest lag fietslengtes achter. Chiara Consonni werd derde, Puck Pieterse knap zevende.
Marijn van den Berg
Marijn van den Berg beleefde een topweek in de Ronde van Catalonië. De renner uit De Meern moest het enkele weken rustig aan doen vanwege een hersenschudding die hij opliep in de Ronde van de Algarve, maar sloeg toe in de vierde etappe van de Catalaanse week. In de loodzware rit daarna kwam hij enkele centimeters tekort op de Fransman Axel Laurense.
De knoet van Tadej Pogačar, de Sloveen won vier etappes en het eindklassement, werd de jonge Van den Berg in de zesde etappe te veel. Met nog een zware beklimming in het verschiet stapte hij af, net als Utrechter Martijn Tusveld. Het was de eerste overwinning dit seizoen van Van den Berg, die even aan zichzelf begon te twijfelen ‘of ik nog wel kon winnen’.