Martijn Tusveld en Lars van den Berg Utrechtse concurrenten in Giro

Utrecht is goed vertegenwoordigd in de Giro d’Italia die zaterdag in de regio Abruzzen van start gaat met een tijdrit. Martijn Tusveld en Lars van den Berg zijn door hun ploegbaas opgenomen in de selectie voor de eerste grote wielerronde van dit jaar. Of ze ook de eindstreep halen zal zondag 28 mei blijken in Rome. Veelzijdigheid is de sleutel voor de eindzege. Met beoogde hoofdrollen voor de Sloveen Primož Roglič en de Belg Remco Evenepoel.

Het wordt de tweede keer dat Lars van den Berg drie weken door Italië zal koersen. Twee jaar geleden kwam hij als 64ste aan in Milaan, een ervaring rijker. Ook nu rijdt hij in dienst van de kopman van Groupama-FDJ, Thibaut Pinaut die aan zijn laatste seizoen begonnen is. Maar de 24-jarige coureur uit De Meern, van wie ook de jongere broer Marijn tot de profelite behoort, mikt zelf ook op individueel succes. Hij hoopt mee te kunnen glippen in een ontsnapping.

Martin Tusveld (29) mag zich inmiddels een gelouterd Grote Ronde-renner noemen. De Utrechter heeft er zes uitgereden, waarvan driemaal de Vuelta (met als klasseringen 80, 26 en 34). Vorig jaar maakte hij zijn debuut in de Tour en haalde Parijs als nummer 64. Het wordt zijn derde Giro (eerder eindigde hij op de plaatsen 26 en 43) en ditmaal is er niet een specifieke kopman bij Team DSM. De Nederlandse equipe heeft zich voorgenomen voor een dagsucces te gaan en wellicht kan Tusveld op heuvelachtig terrein voor een stunt zorgen.

Meedogenloos

De Utrechter hoeft zich in elk geval niet te vervelen want zwaar zal de 106e editie van de Giro beslist worden. Naast verschillende meedogenloze beklimmingen staan meer dan 70 tijdritkilometers op het menu. Het begint zaterdag al met een individuele race tegen de klok. Er wordt bijna twintig kilometer gereden langs de zee van Fossacesia Marina naar finishplaats Ortona. In de vierde etappe wordt er al behoorlijk geklommen, maar echt los gaat het vrijdag 12 mei in etappe 7 met aankomst in het bergmassief Gran Sasso d’Italia. Een week later, in etappe 13, is er opnieuw een aankomst bergop en wel naar Crans-Montana. Dan heeft het peloton al een tweede tijdrit (etappe 9) achter de rug, die 35 km lang is.

In de slotweek krijgen de renners na de tweede rustdag in etappe 16 vijf beklimmingen voor de kiezen met als slot de Monte Bondone. Twee dagen later gaat het naar Zoldo Alto, het begin van een moordend drieluik. Een dag later, vrijdag 26 mei, is de koninginnerit naar Tre Cime di Lavaredo. Alsof dat nog niet genoeg is volgt zaterdag 27 mei een klimtijdrit met op het eind een stijgingspercentage van boven de 12 procent.

De verwachting is dat het een tweestrijd gaat worden tussen Primož Roglič (Jumbo-Visma) en Remco Evenepoel (Soudal QuickStep), waarbij de Nederlandse ploeg vooraf al behoorlijk geplaagd werd door corona. Het kostte Robert Gesink en Tobias Foss, die op zijn beurt de niet fitte Wilco Kelderman verving, hun deelname. Good-old Jos van Emden, met roots bij de Utrechtse club De Volharding, mag nog eens drie weken aan de bak.

Vorige
Vorige

Waterpolovrouwen UZSC spelen halve finale eredivisie

Volgende
Volgende

Met de keu van Luca Brecel op weg naar de Crucible