Pouw hoopt bij Saestum af te zwaaien met titel
Wie Saestum zegt, zegt vrouwenvoetbal. Maar de Zeister club is meer dan dat. Ook de mannen timmeren aan de weg en zijn in de race om in het zaterdagvoetbal kampioen te worden van de vierde klasse E (district West I). Van enige rivaliteit tussen de geslachten is echter geen sprake, weet Gerard Pouw, scheidend trainer van de mannen-hoofdmacht. ‘Saestum is een echte familieclub waar iedereen welkom is.’
De basis van Saestum is Zeist-West waar families generaties op generaties lid werden, worden en bleven en blijven. Dat verklaart de saamhorigheid en het familiegevoel. En dat is waar Cothenaar Pouw zich in thuis voelt. ‘Er wordt veel voor de leden georganiseerd.’
Natuurlijk, de vrouwen presteren op een hoger niveau dan de mannen en werden vorig seizoen zelfs kampioen van de topklasse, na de eredivisie (het professionele niveau) het hoogste podium van Nederland. Toch is er van enige afgunst geen sprake. ‘Misschien dat het heeft geholpen dat ik in mijn eerste jaren hier samen met Mirella Jansen de Meisjes O19 heb getraind. Dat heeft wellicht goodwill gekweekt.’
Opbouw
Pouw, werkzaam in de grafische industrie, startte medio 2019 als Hoofd Jeugd Opleiding (HJO) aan de Noordweg-Noord en nam de jongens O19 onder zijn hoede. Een stap waarvan hij nu nog de vruchten plukt. ‘Ik heb altijd gevonden dat ik als HJO ook een team moest trainen om een goede doorstroming van de jeugd naar de senioren te bewerkstelligen. En dat heeft z’n vruchten afgeworpen, blijkbaar. In het huidige eerste elftal spelen vier jongens van die generatie.’
Aangevuld met een aantal oude getrouwen die de afgelopen zomer terugkeerden op het oude nest, heeft Pouw dit seizoen kunnen bouwen aan een brede selectie die in de top speelt van de vierde klasse. Na een periodetitel vorig seizoen is nu het kampioenschap de uitgesproken ambitie. Maar makkelijk zal het niet worden, realiseert Pouw, die in 2020 naast HJO ook nog hoofdtrainer werd, zich. ‘We staan dit seizoen met drie clubs aan de kop van de ranglijst: Saestum, OSM ’75 en Odijk. Tegen OSM behaalden we een periodetitel, maar van Odijk kregen we in de omschakeling met 5-1 een pak slaag. Het gaat er, al met al, om spannen.’
Sfeer
Pouw weet niet waar zijn trainerscarrière hem uiteindelijk brengt. Hij heeft voor zichzelf dan ook geen pad uitgestippeld. Hij doet vooral ervaring op, kijkt om zich heen. En maakt daarin bewuste keuzes. Zo trainde hij in Utrecht Elinkwijk, beleefde een prachtige tijd bij CDW in Wijk bij Duurstede, was minder succesvol bij Maarssen, maar hield mooie herinneringen over aan zijn periode aan de Daalseweide, werd kampioen met Aurora in Werkhoven en landde in 2019 dus bij Saestum. Hij ondervond het directe van de grote stad en de gemoedelijkheid van het dorpse. ‘In Utrecht (en Maarssen) zijn ze direct en zeggen ze waar het op staat. Daarna wordt er niet meer over gezeurd. In een meer dorpse omgeving is het veel gemoedelijker. Dat vraagt een andere benadering. Om met die uitersten om te gaan, leer ik heel veel.’
Het is de vraag of Pouw medio dit jaar afscheid neemt van Saestum als kampioen. Een traject dat hij zeker niet voltooid ziet als oefenmeester van de Zeister club, opgericht op 6 januari 1926, is de renovatie van het complex. ‘Die loopt helaas iets achter bij planning. De kantine gaat aan het eind van dit seizoen tegen de vlakte en we krijgen een derde kunstgrasveld. Als alles klaar is, is de club op de toekomst voorbereid en kan het de belangrijke rol die het heeft voor de inwoners van Zeist-West blijven vervullen.’
SVF
En na dit seizoen? Dan treedt hij in dienst van SVF, de club uit zijn woonplaats Cothen. Aanvankelijk was Pouw terughoudend toen de vijfdeklasser aan zijn deur klopte. ‘Maar toen ze bleven aandringen heb ik ‘ja’ gezegd. Ik kan op m’n fiets overal naar toe, SVF is twee straten verderop. Voor mij is het zaak zo snel mogelijk te inventariseren wat het niveau is. Waar ik me nu al op verheug, en wat altijd een wens van me is geweest, is om mijn zoon Joost te coachen. Hij speelt in SVF O19, maar is eigenlijk O17. In ieder geval hoef ik me om de sfeer bij SVF geen zorgen te maken. Het is een dorpsclub, dus met de saamhorigheid zit het wel goed.’