Han Berger: ‘Bert was mijn voorbeeld en mentor’
‘Op die middag in Kerkrade realiseerde ik me opnieuw wat ik allemaal te danken had aan die trainer in de andere dug-out’, herinnert Berger zich 36 jaar na dato. ‘Jacobs was de man die mij in het trainingsvak heeft gehaald en mij zijn spelopvatting over voetbal heeft bijgebracht. Ik beschouw hem als mijn mentor en voorbeeld. Bert preekte aanvallend voetbal, risicovolle tactiek en altijd proberen meer goals te maken dan de tegenpartij. Dat is me met de paplepel ingegoten.’Hoe begon het allemaal? Berger voetbalde eind jaren zestig bij Velox waar Jacobs destijds hoofdtrainer was. ‘Ik was niet zo’n hoogvlieger en speelde meestal in het tweede. In het laatste seizoen voor de fusie raakte ik ernstig aan de knie geblesseerd. Daar ben ik twee keer aan geopereerd. Ik studeerde in die periode ook voor sportleraar op het CIOS in Overveen, dicht bij de woonplaats van Jacobs: Zandvoort. We reden vaak met elkaar op en neer naar Utrecht zodat er al een vertrouwensband tussen ons ontstond.’Het mag geen verwondering wekken dat Jacobs, op zoek naar een assistent, bij de jonge Berger terecht kwam. ‘Ik was toen jeugdtrainer bij Velox waar ook jonge talentvolle spelers terecht kwamen die graag bij FC Utrecht wilden spelen. Dat mocht niet bij een stichting die de FC toen was, dus Velox werd een soort opleidingsinstituut, hetgeen bij andere Utrechtse amateurclubs nogal op bezwaren stuitte. Toen Fritz Korbach bij FC Utrecht opstapte en voor Wageningen koos, kwam ik als assistent van Bert in beeld.’ EenvoudNa het vertrek van Jacobs werd Jan Rab de nieuwe trainer in Galgenwaard maar dat zou slechts anderhalf seizoen duren. Halverwege het seizoen ’75-’76 werd Rab op non-actief gezet en mocht Berger het een weekje overnemen tot er een nieuwe coach gevonden was. ‘Dat weekje werd uiteindelijk zeven en een half jaar omdat de spelersgroep graag wilde dat ik zou blijven. Ook na het vertrek van Jacobs zijn we met elkaar in contact gebleven en bleven we over het trainersvak praten. Ik genoot altijd van de manier waarop hij zich midden in de groep bewoog en er toch boven stond. Voetbal terugbrengen tot zijn eenvoud, dat was zijn grote kracht.’Ook toen Jacobs ziek werd en zich na een ingrijpende operatie aan zijn kaak weer terugknokte naar het voetbalveld, bleven Berger en hij contact houden. ‘Toen we die belangrijke wedstrijd in 1980 speelden was hij nog superfit en vol energie. Na afloop had hij er behoorlijk de smoor in, want bij winst had Roda JC ons als concurrent definitief afgeschud. Zijn gevoel voor humor liet hem ook toen niet in de steek, na afloop maakte Jacobs (58) nog grappen met vroegere spelers uit zijn FC Utrecht-periode.’Maar zijn positieve levensopvatting kon hem niet meer redden toen hij steeds ernstiger ziek werd. Berger: ‘Marco Cabo en ik zijn een dag voor zijn dood (14 november 1999, red.) nog in Amsterdam geweest waar hij in het ziekenhuis lag. Dat bezoekje zal ik nooit meer vergeten.’