Utrechters op de
Olympische Spelen

1900 tot en met 1936

  • Parijs 1900

    28 Nederlanders, geen Utrechters

  • St. Louis 1904

    Geen Nederlandse deelnemers

  • Londen 1908

    Jonkheer Jan Daniel Hendrik de Beaufort neemt drie keer deel aan de Olympische Spelen. Bij zijn debuut wordt de sabelschermer uit Doorn in de eerste 1e ronde uitgeschakeld.

    Johan Stikkelman turnt op de meerkamp en wordt 63e. Met de nationale turnploeg eindigt de Utrechter op de 7e plaats.

    Gerard Simon ‘Jops’ Reeman, geboren in Amerongen en uitkomend voor Quick Den Haag, wint brons met de nationale voetbalploeg. Van de Engelse amateurs wordt met 4-0 verloren, van Zweden met 2-0 gewonnen. In die wedstrijd maakt Reeman één van de doelpunten.

  • Stockholm 1912

    Description goes hereJan Vos en Leo Nardus zijn de eerste winnaars van een medaille uit de stad Utrecht. Aanvaller Jan Vos maakt deel uit van de nationale voetbalploeg. Naast Nederland hebben zich nog 10 landen ingeschreven. Tegen Zweden (4-3) zorgt Jan Vos voor de winnende treffer. Tegen Oostenrijk (3-0) maakt de UVV-er het derde doelpunt. De halve eindstrijd gaat verloren tegen Denemarken en dan is Finland de tegenstander in de strijd om het brons. 9-0 wordt het en Jan Vos maakt vijf doelpunten.

    De tweede Utrechtse medaille komt van een schermer. Leo Nardus verovert met de Nederlandse degenploeg bestaande uit Van Blijenburgh, Doorman, De Jong en Van Rossum de bronzen plak. Het goud gaat naar België. Nardus is ook een goed schaker en wordt vooral als kunstenaar bekend. Nardus is met zijn 44 jaar en 65 dagen de oudste Nederlandse deelnemer in Stockholm.De Utrechtse schermers Willem Molijn, Jacob van Geuns en jonkheer Jan de Beaufort uit Doorn vallen niet inde prijzen.

  • Alternatieve Spelen 1916

    Bron: NOC*NSF/sportgeschiedenis.nl

    Na de oprichting van het Nederlandsch Olympisch Comité in 1912, was voorzitter baron Frits van Tuyll van Serooskerken helemaal in de ban van de olympische beweging. De Spelen van 1916 gingen vanwege de Eerste Wereldoorlog niet door. Daar liet Van Tuyll zich echter niet door uit het veld slaan. Nederland was ten slotte neutraal tijdens deze oorlog, dus organiseerde hij gewoon zelf de zogenaamde Nationale Olympische Spelen in Amsterdam.

    In augustus en september 1916 vonden er in de hoofdstad in diverse takken van sport wedstrijden plaats: atletiek, boksen, cricket, gewichtheffen, golf, hockey, honkbal, kaatsen, korfbal, tennis, roeien, schermen, schieten, voetbal, wielrennen, worstelen, zeilen en zwemmen.

    Het evenement was een sportief en organisatorisch succes en vormde een mooi startpunt voor het naar Nederland halen van de echte Olympische Spelen. In 1921 was het zover: de Spelen van 1928 werden daadwerkelijk aan Amsterdam toegewezen. De baron zou het helaas niet meer meemaken. In de winter van 1924 liep hij een zware longontsteking op en op 13 februari van dat jaar overleed hij.

  • Antwerpen 1920

    Christiaan Huijgens is de eerste Utrechter op de marathon. De loper van AVAC Amsterdam is één van de 48 deelnemers in Antwerpen. 35 halen de eindstreep en daar is Huijgens niet bij.

    Roeier Potter van Loon van Triton is reserve en komt niet in actie.

  • Parijs 1924

    Tennis leert Henk Timmer tegen een blinde muur in de Utrechtse Dillenburgstraat. Twee keer haalt hij de kwartfinale van Wimbledon en met Kea Bouman wint hij de bronzen plak in het gemengd dubbelspel.

    Kampong-voetballer André Le Fevre staat vijf wedstrijden in de basis bij het voetbaltoernooi. Nederland verslaat Roemenië met 6-0 en na verlenging Ierland met 2-1. Favoriet Uruguay is ondanks geweldige tegenstand te sterk in de halve finale. De krant Le Soir schrijft L’Arbitre bat la Hollande. Le Fevre zorgt dat de strijd om de derde plaats tegen Zweden overgespeeld moet worden. In de 77e minuut maakt hij gelijk:1-1. Het vermoeide voetbalelftal verliest een dag later met 2-1 van de Scandinaviërs.

    Henk Kamerbeek, geboren in Zeist en bankwerker bij Philips in Eindhoven, doet mee bij het kogelslingeren. De vader van Eef Kamerbeek maakt drie foute worpen en is uitgeschakeld.

    Rie Vierdag wordt in 1927 Europees kampioen zwemmen op de 100 meter vrije slag en is de eerste Nederlandse in de geschiedenis die dat presteert. De Amersfoortse gymnastieklerares heeft dan al deelgenomen aan de Olympische Spelen. In Parijs haalt ze de finale op het individuele nummer en wordt daarin zesde. Met Marie Baron, Ada Bolten en Truus Klapwijk komt ze tot hetzelfde resultaat op de 4x 100 meter vrije slag.

    De Amersfoortse schutter Johan Schreuten is bijna 44 als hij in Parijs aan de Spelen deelneemt. Van dezelfde leeftijd is Jan de Beaufort. Zestien jaar na zijn debuut in London is hij terug op het sportfeest.

  • Amsterdam 1928

    Wout Buitenweg is in zijn nadagen maar staat in de basis als op 30 mei 1928 het volkslied klinkt. Uruguay schakelt het thuisland uit. Veteraan Buitenweg faalt, maakt ruzie in de rust en wordt tegen België, Chili en Egypte niet meer opgesteld.

    De tweede Spelen voor kogelslingeraar Henk Kamerbeek. Zijn worp van 46 meter en 2 centimeter is niet goed genoeg voor een finaleplaats. Kamerbeek overlijdt in 1954 als gevolg van een verkeersongeluk.

    Gretha Norden neemt deel aan de 200 meter schoolslag. In de halve finale wordt de Amsterdamse van geboorte uitgeschakeld. Dick de Man is een zwemmer van de lange adem. De UZSC-er start op de 1500 meter vrije slag en wordt in de serie uitgeschakeld. Ook de Amersfoortse Marie Vierdag is van de partij. Op de 100 meter vrije slag wordt ze in de halve finale uitgeschakeld. Een grote teleurstelling voor de volle tribunes is de diskwalificatie van Nederland op de estafette. De dames worden achter de Verenigde Staten en Engeland derde. Truus Baumeister is volgens de jury te vroeg in het water gedoken waardoor zij, Eva Smits, Rie Vierdag en Zus Braun naast het brons grijpen.

    Nel van Randwijk is de eerste Utrechtse met een gouden medaille. De naar Den Haag getrokken turnster van Donar wordt kampioen met de nationale ploeg, bestaande uit een Haags en Amsterdams groepje vrouwen. Het twaalftal verzamelt de meeste punten bij de gezamenlijke oefening, de toestellen en het springen. Op woensdagavond en zondagochtend hebben ze een jaar lang getraind onder leiding van coach Gerrit Kleerekoper. In de oorlog is de gouden ploeg de grote verliezer. De coach en de turnsters Stella Agsteribbe, Mozes Jacobs, Lea Nordheim, Ans Polak en reserve Judikeje Simons worden vergast in Sobibor en Auschwitz. Judik Simons trouwt in 1935 met Bernard Themans. Het echtpaar woonde in het Centraal Israëlitisch Weeshuis aan de Nieuwegracht waar ze vader en moeder van de kinderen waren. Tijdens de oorlog werden zij met hun 5-jarige dochter en 3-jarige zoon gedeporteerd. Tgelijke met het gezin werden ook de 70 kinderen en het voltallige personeel weggevoerd. Slechts enkele kinderen overleefden de oorlog. Op het trottoir voor het weeshuis aan de Nieuwegracht 92 liggen Stolpersteine ter nagedachtenis.

    Paul van de Rovaart is in Utrecht geboren maar lid van HDM tijdens de Spelen. Met Oranje klopt de hockeyer Frankrijk met 5-0 en Duitsland met 2-1. Een gelijkspel tegen de Fransen is voldoende voor de eerste plaats in de poule en de zekere zilveren medaille. In de finale is Brits-Indië veel te sterk: 3-0. Jan Ankerman en August Kop zijn clubgenoten van HDM. Van de Rovaart wordt 91 jaar oud, zijn kompanen overlijden tijdens de oorlog in Birma en Sumatra.

    Charles Labouchere is springruiter en geboren in Doorn. Met Gerard de Kruijff en Antonius Colenbrander eindigt hij op de 10e plaats in de landenwedstrijd.

    Henk Hagens maakt deel uit van de Nederlandse sabelequipe. De ploeg wordt uitgeschakeld in de halve finale na een overwinning op België en twee nederlagen tegen Italië (zilver) en Polen (brons). Het goud gaat naar Hongarije dat pas in 1964 voor de eerste keer op de Spelen wordt verslagen.

    Barend – Ben – Bril is geboren in Amsterdam. De zoon van een Joodse visboer uit de Jordaan debuteert als bokser op de spelen. In de eerste ronde verslaat Bril de Ier McDonagh op punten, een partij verder is de Zuid-Afrikaan Lebanon voor hem te sterk. Ben Bril weigert

    acht jaar later deel te nemen aan de Spelen van Berlijn. Later wordt hij scheidsrechter en vertegenwoordigt Nederland in München en Montreal. Hij is dan al een bekende Utrechter vanwege zijn broodjeszaak op het Vredenburg. ‘Beter Belegde Broodjes Bij Ben Bril’

    Een belangrijke rol in Amsterdam heeft ook baron Alphert Schimmelpenninck van der Oye, (1880-1943) de burgemeester van Doorn en Maarn, is voorzitter van het Nederlands Olympisch Comité. De baron is zelf ook sporter en is in 1909 Nederlands kampioen op de degen. Zijn dochter is de eerste Nederlandse deelneemster aan de winterspelen.

  • Los Angeles 1932

    De roeiers Godfried Roëll en Pieter Roelofsen vertegenwoordigen Nederland, Utrecht en hun vereniging Triton. In de serie worden ze derde en bereiken via de herkansing de finale. Ze roeien in de finale naar een vierde plaats achter Groot-Brittannië, Nieuw-Zeeland en Polen. Godfried Roëll komt op 17 maart 1934 in Zeist om bij een motorongeluk. De in Bandung geboren Pieter Roelofsen overlijdt in 1966.

    Individueel wordt Rie Vierdag in de series van de 100 meter vrije slag uitgeschakeld. Met Corrie Laddé, Willy den Ouden en Puck Oversloot aan haar zijde verovert zij zilver op de estafette. De Amersfoortse is dan al voor de tweede keer Europees kampioen geworden. Dat ze een sterke vrouw is bewijst haar leeftijd. Twee maanden voor haar 100ste verjaardag overlijdt de zwemster in 2005.

    Ook Cor (Cornelia) van Aalten maakt de oversteek. De atlete van TOV Zeist haalt op de 100 meter de halve finale en wordt daarin zesde. Op de estafette valt Nederland met een vierde plaats net buiten de prijzen. Met Jo Dalmolen, Bep du Mée en Tollien Schuurman loopt Cor van Aalten een tijd van 47,6. Verenigde Staten verbetert het wereldrecord: 47.0. Cor van Aalten is een veelzijdig atlete. In 1934 wordt zij Nederlands kampioen op de vijfkamp.

  • Berlijn 1936

    Ben van der Voort en Chris Kropman zijn lid van De Volharding en vormen met Zwartepoorte en Van Wees de achtervolgingsploeg op de baan. Tegenstander in de serie is de ploeg van de Verenigde Staten. Nederland is veel sterker en heeft de Amerikanen bijna ingehaald als het noodlot toeslaat. Zwartepoorte raakt het wiel van Utrechter Van der Voort en valt. Kropman kan hem niet ontwijken en valt eveneens. Van der Voort en Van Wees achterhalen de tegenstander maar de derde Oranje-rijder komt na de Amerikanen aan de streep.

    Arie van Vliet verdient de dubbel – sprint en kilometer – maar moet genoegen nemen met zilver en goud. In de finale van het sprinttoernooi is Toni Merkens zijn tegenstander. In de eerste heat van de finale wijkt de door Adolf Hitler aangemoedigde Duitser van zijn lijn af en moet worden gediskwalificeerd. De jury acht hem inderdaad schuldig, legt hem een boete van 100 francs op maar laat hem de overwinning. Van Vliet komt de morele klap niet te boven en verliest ook de tweede serie. Op de kilometer rijdt hij 1 minuut en 12 seconden, een Olympisch record. Na hem komen nog tien rijders maar niemand komt aan de tijd van de Woerdenaar. In de dan nog Zuidhollandse gemeente – in 1989 toegevoegd aan de provincie Utrecht – wordt de wielrenner groots gehuldigd.

    Ben Bril zegt af voor Berlijn en dat doet ook atlete Tollien Schuurman. Het opent de weg voor Fanny Koen. De 18-jarige debuteert met een 5e plaats bij het hoogspringen en een 5e plek op de 4 x 100 meter estafette. De beste Nederlandse atlete aller tijden wordt geboren in Lage Vuursche. Het gezin Koen verhuist naar het Groningse platteland en keert na het faillissement van het boerenbedrijf terug naar het westen en vestigt zich in Hoofddorp.

    Lex Franken speelt zeven wedstrijden in het Nederlands waterpoloteam. Oranje verslaat de Verenigde Staten en speelt gelijk tegen België en Uruquay. In de tweede rond blijft de puntenverdeling met de Belgen tellen en na een gelijkspel tegen Groot-Brittanië en een 8-0 nederlaag tegen Hongarije rest de strijd om plaats 5 tot en met 8. Franken wint met zijn ploeg van Oostenrijk en Zweden en wordt vijfde. België pakt het brons.

    Jan Kramer roeit met Willem Jens in de twee zonder stuurman. Het duo komt door de series en plaatst zich voor de halve finale. Het is het eindstation voor het tweetal van het Amsterdamse De Hoop.

    Jacob Schriever is schermer en maakt deel uit van het Nederlands sabelteam dat op de gedeelde 5e plaats eindigt.

    Truus Kerkmeester maakt deel uit van een sterke generatie zwemmers op de rugslag. Nida Senff wint goud op de 100 meter. Ze mist een keerpunt, gaat terug en wint. Rie Mastenbroek wordt op hetzelfde nummer tweede. De Utrechtse wordt tweede in de serie en plaatst zich voor de halve finale. De vierde plaats daarin is onvoldoende voor de eindstrijd. Truus Kerkmeester is met 14 jaar en 249 dagen de jongste Nederlandse in de Olympische ploeg.